15-12-2021

WERELDREIZIGER VOOR HET VADERLAND

 Het heeft zo zijn voordelen als je in een gegoed milieu opgroeit. Onze hoofdpersoon, Hendrik Muller (1859 - 1941) , werd geboren in Rotterdam, waar zijn vader één van de belangrijkste kooplieden van de stad zou worden. Hendriks moeder was een Van Rijckevorsel: haar pa droeg als koopman en politicus bij aan een goede verbinding tussen de haven van Rotterdam en de zee. Het gezin Muller woonde in een riant pand, met twee keukenmeiden, een tuinman en twee koetsiers. Hendriks eigendunk was als kind al groot, en die vermeerderde nog toen bleek dat hij goed kon leren op de hbs. Twee jaar op de Handelsschool in Franfurt zorgde ervoor dat hij de moderne talen uitstekend beheerste, iets waar hij in zijn zwervend bestaan voortdurend van kon profiteren. 

Maar de handel bleek niets voor hem. Na zijn eindexamen in 1876 werkte Henk voor verschillende firma's in de meest uiteenlopende landen. Bij een makelaar in koffie in Frankfurt, een Engelse firma met factorijen aan de Goudkust in Afrika, naar Mozambique om te onderzoeken of een Rotterdams bedrijf wel goed geleid werd. In Afrika kwam hij in contact met de slavenhandel, met inheemse mensen en hun tradities en de gebruiksvoorwerpen die zij hanteerden. Afrika zal altijd in zijn hart blijven, en al helemaal toen hij de toenmalige Boerenrepublieken Oranje Vrijstaat en de Zuid - Afrikaanse Republiek (ook wel Transvaal genoemd) leerde kennen. Henk legde makkelijk contact met mensen, ook met de zwarte bevolking aldaar. Hij wilde weten hoe en waar de mensen leefden; die interesse zal hij zijn hele leven blijven tonen, ook al was hij een kind van zijn tijd: wit staat boven zwart, de westerse beschaving overtreft alle andere culturen. Eigenzinnig, tactloos, ijdel en zelfverzekerd als hij nu eenmaal was, kreeg hij ook in het familiebedrijf ruzie met iedereen, zodat hij aftrad als lid van de directie. Familieleden, onder wie vader en broers, meden hem voor altijd. Henk zal zich bezighouden met de diplomatie, wat betekent: veel reizen voor het vaderland en het bezoeken van voor die tijd verre, onbekende gebieden.

In 1897 wordt hij consul - generaal van de Oranje Vrijstaat; een fraaie titel, die onbezoldigd bleef en weinig aanzien opleverde, maar die hem wel de kans bood besprekingen te voeren met de Engelsen, die van plan waren de beide Boerenrepublieken te veroveren. Hij legde contacten met wapenleveranciers, het Rode Kruis, en maakte tussendoor kennis met Paul Kruger en Martinus Steyn, president van de Vrijstaat. Zo werd Muller wat hij zo graag wilde: een man van aanzien, iemand die met zijn opmerkelijke baard herkend werd op straat en opgezocht door journalisten. 

Na 1903 bezocht hij Oost - Europa, het Verre Oosten, China en Japan. Overal wist hij door te dringen tot koningen, prinsen en gouverneurs, kreeg geschenken, gaf diners, maar bleef ook geïnteresseerd in het leven van de gewone man. "De eerste aanblik van een nieuw land is als de eerste teug champagne. Men geniet er het meest van", placht hij geregeld op te merken. Terug in Nederland kon hij behulpzaam zijn bij het regelen van de vluchtelingenstroom van al die Belgen die aan de Eerste Wereldoorlog wensten te ontkomen. In 1919 krijgt hij de benoeming tot ambassadeur in Roemenië, in 1923 wordt Muller gezant in Tsjecho - Slowakije. In 1931 trekt hij zich uit het openbare leven terug; nee, hij gaat niet met pensioen, krijgt geen wachtgeld, want hij wil beschikbaar blijven. Herdenkingen, reünies, recepties, hij loopt ze allemaal af, zeker als het gaat om Zuid - Afrika. Muller blijft vrijgezel, van kinderen is geen sprake, wel leeft hij jarenlang samen met twee dames, die afwissend bij hem woonden. Intimi spraken wel van de Wintervrouw en de Zomervrouw.

Wat heeft dit tomeloze leven uiteindelijk opgeleverd? Waarom een biografie? Muller was van huis uit al financieel vrijwel onafhankelijk; door te sparen, te beleggen en zich in onroerend goed te begeven was hij bij zijn dood - hij kreeg hartproblemen - een uitgesproken rijk man. Het Dr. Hendrik Muller's Vaderlandsch Fonds verleent tot op de dag van vandaag studiebeurzen en subsidies. Muller zelf heeft diverse, tamelijk succesvolle boeken geschreven over zijn talloze reizen, met een  goed oog voor details en opmerkelijke ontwikkelingen. Zijn ijdelheid en vooringenomenheid storen soms, maar Muller blijft een interessante chroniqueur en een "ooggetuige van een verdwijnende wereld", zoals zijn biograaf hem terecht noemt.

Dik van der Meulen, Dr. Hendrik Muller. Wereldreiziger voor het vaderland (1859 - 1941). Querido, Amsterdam - Antwerpen ,2020; 485 blz.