15-05-2016

DOKTER ZJIVAGO

Ongeveer twee weken leefde Joeri Zjivago gelukkig samen met zijn Lara en haar dochtertje. Op de vlucht voor duistere vijanden hadden ze ergens buiten de bewoonde wereld het huis van een kennis opengebroken en zich daar genesteld. Er was voedsel, een kachel, een bed, brandhout. Rondom het huis lag een veld, bezaaid met sneeuw, wat verderop bevond zich een ravijn. En 's avonds en vooral 's nachts was het zo heerlijk stil, dat hij eindelijk kon doen waar hij zo naar gesmacht had: schrijven. Essays, verhalen en vooral poëzie. Totdat hij op een nacht een vreemd, hoog geluid hoorde. Toen hij buiten stond, zag hij enkele figuurtjes, die zich snel uit de voeten maakten. Wolven. De volgende nacht stonden ze ietsje dichterbij en waren er een paar bijgekomen. De dreiging was er weer.

Alle mannen vielen voor de achteloze schoonheid van Lara. Lang en slank, grijze ogen, blond, elegant en met een helder verstand leek ze voor Joeri onbereikbaar, totdat ze in een bibliotheek met elkaar in gesprek kwamen en hij haar thuis ging opzoeken. Beiden waren gelukkig getrouwd, maar met een partner die ver weg leefde. Ze bewondert zijn standvastigheid en intelligentie, zijn wipneus vergeeft ze hem. Hun liefde is puur, hun trouw onvoorwaardelijk. Als er ooit mensen voor elkaar bestemd zijn, dan geldt dat wel voor Lara en Joeri.

Maar de mens is slechts een speelbal van het lot, een nietig wezen in de greep van de macht die geschiedenis heet. Zjivago - arts, dichter, denker - heeft daar zijn eigen filosofie over. De geschiedenis is een proces dat niet door machtige persoonlijkheden wordt bepaald, al kunnen zij wel voor revoluties zorgen. Maar daarvoor en daarna kabbelt het leven jarenlang verder, met nauwelijks merkbare veranderingen. Zjivago maakt echter de roerige tijd mee: de revolutie van 1917, die hij aanvankelijk toejuicht, en de ontberingen en mensenjachten die daarop volgen. Onafhankelijk denker als hij is, ziet hij het marxisme en de collectivisatie die daarmee samenhangt als iets tijdelijks, iets wat nu onaangenaam is, maar wel weer voorbijgaat. Achtervolgingen, bedreigingen en voedselgebrek brengen hem van Moskou naar de Oeral en via Siberië weer terug. Je ziet hem aan lager wal raken, al blijft zijn zelfbewustzijn ongebroken. Wat hem overeind houdt is de kracht van de liefde en zijn geloof dat de (dicht)kunst het leven glans geeft, omdat deze al het andere, inclusief de dood, overwint. Inderdaad, het boek is heel anders dan de film.

Omdat de roman vernietigend was voor het Sovjetregime kon Dokter Zjivago niet in Rusland gepubliceerd worden. Dat gebeurde in Italië, in 1957. Het succes was gigantisch; iedereen zag in dat dit meesterwerk op hetzelfde niveau stond als de wereldberoemde romans van Tolstoj en Dostojewski. In 1958 kreeg Boris Pasternak (1890 - 1960) de Nobelprijs voor Literatuur toegekend, die hij echter onder druk van zijn communistische regering moest weigeren.  Lang na zijn dood is alles weer goed gekomen: in 1989 mocht het boek in de Sovjet - Unie verschijnen en in datzelfde jaar nam zijn zoon alsnog de Nobelprijs in ontvangst.
Boris Pasternak, Dokter Zjivago. Uitgegeven in de Russische Bibliotheek van Van Oorschot, vertaald door Aai Prins, de gedichten door Margriet Burg en Marja Wiebes, 2016, 685 blz. 

01-05-2016

HET GRAS VAN DE NACHT

 Van een gepassioneerde relatie tussen Dannie en Jean kun je eigenlijk niet spreken. Ze lopen weleens gearmd, brengen een enkele keer de nacht samen door, maar je hebt toch meer het idee dat deze jonge mensen van rond de twintig die zo vertrouwelijk met elkaar omgaan, vrienden zijn, niet minder, maar zeker ook niet meer. Ze leerden elkaar kennen in een cafetaria van een universiteit; daar in de buurt had zij een kamertje.  Kort daarna vroeg ze hem of hij haar  met verhuizen wilde helpen. Haar twee reistassen bracht Jean dus over naar Unic Hôtel in Montparnasse.

Tijdens een wandeling op een zondagmiddag komt hij in die buurt terecht, wat straten die ingeklemd liggen tussen een kerkhof en een station. Als blijkt dat de tijd na bijna vijftig jaar wel heel veel heeft weggevaagd, begint zijn geheugen te werken en thuis zal hij nog eens gaan bladeren in een zwart notitieboekje waarin hij namen, data, pleinen, afspraken placht te noteren. Want hij is een professioneel schrijver geworden, met een hang naar het verleden en een voorliefde voor tragische vrouwen uit de achttiende en negentiende eeuw, die ook geregeld opduiken, al was het maar in zijn dromen.

Die drie maanden met Dannie blijven in zijn hoofd rondspoken. Door haar leert hij mysterieuze mannen kennen, die elkaar ontmoeten in de lounge van Unic Hôtel. Niemand weet hoe ze aan de kost komen, wat ze op fluisterende toon met elkaar bespreken, waar ze die opzichtige auto van betalen. Dat het allemaal niet pluis is, begrijpt Jean als hij door een rechercheur verhoord wordt. En één van de duistere mannen, van wie later blijkt dat hij voor de Marokkaanse veiligheidsdienst werkt, waarschuwt hem dat Dannie in "een smerig zaakje"  verwikkeld is. Wandelend door Parijs, op zoek naar oude plekken en vertrouwde cafés, roept hij het verleden in zich op, dat hij vervolgens probeert vast te leggen door aantekeningen te maken.  En wie weet of hij, al dwalend, Dannie tegenkomt, die toen zo plotseling verdwenen is. Ja, je kunt Jean een romanticus noemen, iemand die verlangt naar het geluk van vroeger.

Het gras van de nacht, één van de laatste romans van Nobelprijswinnaar Patrick Modiano, heeft wel wat weg van een detective. Dannie heeft een donker verleden, ze kijkt altijd onrustig om zich heen, heeft al verschillende namen gebruikt. Er is sprake van een politieonderzoek, een dode die in de nacht weggesleept wordt, onbetrouwbare types. Maar het belangrijkste is de rol van de tijd. Wat doen we met onze herinneringen? Hoe beschermen we ze tegen de vergetelheid, als dat al mogelijk is? Wat leren we van het verleden? De grote slokop is Parijs: tegen de achtergrond van deze steeds veranderende wereldstad brengt het leven ons voor een korte tijd samen met anderen  op wie we al of niet gesteld raken, maar die opeens uit ons bestaan verdwijnen. Daarom dolen er ook zoveel eenzame mensen door Parijs rond en dat doen ze dus ook in de melancholieke romans van Modiano.
Patrick Modiano, Het gras van de nacht. Vertaald uit het Frans door Maarten Elzinga, Amsterdam, 2014. 166 blz. Oorspronkelijke titel: L'herbe des nuits. Paris, 2012.