09-03-2019

DE KOOPMAN VAN PERU

Als de dertiger Merrick Tremayne in augustus 1859 op het landgoed van zijn overleden ouders in Cornwall rondloopt, begrijpt hij dat hij eigenlijk weinig keus heeft. Hij is de tweede zoon, zijn oudere broer erft dus alles; daarom telt hij in de ogen van andere vermogende families totaal niet mee, en moet hij dus maar zien hoe hij aan de kost komt. Hij had al in de opiumsmokkel gezeten; nu wordt hij benaderd om naar Peru af te reizen, om aldaar de afgeschermde stekjes van kininebomen te stelen. Zijn opdrachtgever is het India Office. In dat land, behorend tot het Britse rijk, sterven duizenden mensen aan malaria. Kinine is het enige geneesmiddel. Maar de handelaren in Peru bewaken hun bomen uiterst zorgvuldig en doden iedereen die er ook maar een vinger naar uitsteekt.

Met deze  voor een deel op feiten berustende gegevens start de tweede roman van Natasha Pulley (geboren 4-12-1988; Verenigd Koninkrijk; noemt geen geboorteplaats; studeerde in Oxford Engels). Haar debuut, De horlogemaker van Londen, was me al uitstekend bevallen; zie daarvoor 17-02-2018. Laat haar historie met fictie verbinden en dankzij haar ongebreidelde fantasie schotelt ze u meeslepende verhalen voor die vooral bedoeld zijn om te amuseren. Noem haar romans fantasy of magisch realisme, dat maakt allemaal niet uit. Natasha leidt de lezer een wereld binnen die ze zelf gecreëerd heeft.

Zo ook hier. Merrick en zijn compagnon Clem dwalen in de buurt van de Andes rond op zoek naar de bomen, bewerend dat ze op jacht zijn naar koffie. Een geheimzinnige gids, Raphael, loodst hen naar een dorpje, midden in het oerwoud, zo hoog dat ze er misselijk en verward van worden. Er loopt een grens van 75 km die de scheidslijn vormt tussen zieke en gezonde bewoners, het menselijke en het goddelijke. Daar staan ook de zo begeerde kininebomen met hun stekjes. Een streep van zout, geflankeerd door botten en geraamtes; vreemdelingen die erover willen, worden gedood door de indianen. Op strategische plekken bevinden zich markayugs. Ze zien eruit als standbeelden, maar kunnen zich verplaatsen, waren eens mannen en vrouwen, zijn heel langzaam van steen geworden. Vlak trouwens ook Raphael niet uit. Aanvankelijk was hij de vijand van Clem en Merrick, later wordt hij hun beschermer. Hij is ongewoon sterk, heeft geen gevoel en kan dus hitte en kou moeiteloos verdragen. Zoals elke held heeft ook hij een zwakke plek: hij lijdt aan catalepsie, oftewel complete verstijving. Uren, dagen, jaren(!) kan, nee moet hij onbeweeglijk zitten of staan, zonder dat hij merkt dat de tijd verstrijkt. Fantasie, nietwaar, of Zuid - Amerikaanse mythes, zoals Pulley het zelf noemt. Ze overdrijft hier en daar en het slot is eigenlijk overbodig.

 Wat ik in deze zeer onderhoudende roman zie, is de queeste, de zoektocht. Als een tamelijk oppervlakkige, op geld beluste avonturier reist de hoofdpersoon naar Peru; als een bedachtzame, op het metafysische gerichte gentleman keert hij terug. Ik wens u veel leesplezier toe.
Natasha Pulley, De koopman van Peru. Oorspronkelijke titel: The Betlam Stacks. Bloomsbury Publishing, 2017. Nederlandse vertaling Lia Belt. Utrecht, 2018. 351 blz.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten