09-05-2022

HERINNERINGEN UIT HET LIJSTERNEST

 Hij werkte weliswaar als bakker in de zaak van zijn ouders, in Ingooigem, maar zijn hart lag bij schrijven en lezen, en dus had hij een plekje voor zichzelf nodig. Dat vond hij uiteindelijk iets buiten het dorp: een kleiachtige aardbult waar vrijwel niets op groeide. Het duurde drie jaar voordat het huis klaar was, maar toen had hij dan ook een werkkamer met een panoramavenster, en een fantastisch uitzicht over zijn geboortegrond, het West - Vlaamse platteland. Vanaf 1905 zal Stijn Streuvels (geboren in Heule, 1871) erin wonen tot aan zijn dood in 1969. Hij noemt zijn woning Het Lijsternest.

Stijn Streuvels? Wie was dat? Neef van de dichter Guido Gezelle, eigenlijke naam Frank Lateur, autodidact, en tijdens zijn leven een succesvol auteur, ook bewonderd door de vakgenoten en critici uit zijn tijd. Hij won talloze grote, literaire prijzen en werd diverse malen voorgedragen voor de Nobelprijs. Gebruikmakend van Vlaamse woorden en uitdrukkingen schildert hij het harde leven van boeren en landarbeiders die onder het geweld van de natuur moeten ploeteren om aan de dreigende armoede te ontkomen, waarbij ze vaak elkaar het licht in de ogen niet gunnen. Zijn romans en novellen moeten dankzij de stijl, psychologische beschrijving en thematiek duidelijk hoger ingeschat worden dan de alledaagse streekroman.

Waarom deze belangstelling? Omdat in 2021 het 150 jaar geleden was dat Streuvels geboren werd, besloot uitgeverij Lannoo vijf klassieke werken te herdrukken (De Vlaschaard, De teleurgang van de Waterhoek o.a.), en De Arbeiderspers kwam met een deel over Streuvels in de reeks Privé - Domein. Daar gaan we het nu even over hebben.

Aan het begin van de Tweede Wereldoorlog had Streuvels geen zin meer in nieuw literair werk. Geen romans, toneelstukken of verhalen meer, anderen konden dat inmiddels gewoon beter. Maar wat nu? Schrijven had hij al vijftig jaar gedaan, het is voor hem een levensbehoefte geworden. Hij besluit zijn herinneringen op papier te zetten, en doet dat door deze te verbinden met de drie dorpen waar hij gewoond heeft: Heule, Avelgem en Ingooigem. Deze uitgave bestrijkt de periode 1914 - 1940. 

Waar heeft hij het over? Allerlei impressies over dorp, platteland en zijn bewoners natuurlijk, en de mensen die op welke manier dan ook indruk gemaakt hebben. Streuvels blijkt, en dat is geen verrassing als het over een gerenommeerd auteur gaat, een goed verteller en mensenkenner te zijn. Indrukwekkend is zijn portret van Hugo Verriest, priester, dichter, schrijver, redenaar, flamingant; door de jonge Streuvels hogelijk bewonderd, door de auteur ook kritisch maar met mededogen bekeken. Een hoogtepunt in deze memoires vind ik de uitgebreide beschrijving van de reis die hij met vier vrienden naar Palestina ondernam. Als een moderne reisjournalist neemt hij waar, oordeelt hij onafhankelijk. Met volle teugen geniet hij; negentig bladzijden lang volg je hem op vermoeiende tripjes door toeristisch en foeilelijk Jeruzalem, genietend van prachtige moskeeën, starend naar indrukwekkende sterrenhemels. Streuvels was een gelovig katholiek, maar de traditionele voorstellingen van hemel en hel, het dreigen met doodzonden en de routine van de mis, waren aan hem niet besteed.

Een harde werker, deze Stijn Streuvels. Als hij al niet met eigen, creatief werk bezig was, dan waren er wel vertalingen (Frans, Duits, Noors) die afgemaakt moesten worden, of bewerkingen van oude legendes waar uitgevers om vroegen, of krantenartikelen waar hoofdredacteuren op zaten te wachten. Maar een kluizenaar was hij zeker niet. Hij nam graag uitnodigingen aan, had Nederlandse vrienden (Coolen, Van Looy) en bezocht nog in 1935 de passiespelen in Tegelen ( "Oberammergau in het klein"). 

Een interessante man, een nog steeds zeer leesbare schrijver. Ik ga eens bij Lannoo kijken wat er daar voor me klaarstaat. 

Stijn Streuvels, Ingooigem. De Arbeiderspers, Amsterdam - Antwerpen.2021. 381 blz. 

Geen opmerkingen:

Een reactie posten