05-11-2015

EEN ZATERDAG MET IAN McEWAN

"Op straat heb je met trots te maken." Die opmerking van zijn zoon schiet Henry te binnen als Baxter hun woonkamer instapt. Het aapachtige hoofd, de wankele tred, de nerveuze trillingen, dit is de jonge man met wie hij  's middags mot heeft gehad. Zijn maat Nigel, die lange met het paardengezicht, dekt hem in de rug en schermt de deuropening af. Henry, zijn vrouw Rosalind, hun kinderen Daisy en Theo, grootvader John, allen zullen het zwaarste uur uit hun leven meemaken. Een crimineel als Baxter weet namelijk hoe je je slachtoffers moet intimideren: hij breekt de neus van John en drukt een vervaarlijk mes in de hals van de doodsbange Rosalind.

Nee, een lezer kun je Henry niet noemen. Literatuur heeft hem nooit zo geïnteresseerd. Al zijn tijd stak hij, vijftien jaar lang, in zijn medische studies. Nu hij, 48 jaar oud, een vooraanstaand neurochirurg is, maakt hij lange dagen, komt vermoeid thuis, gebruikt squash en hardlopen als uitlaatklep. Dochter Daisy, die literatuur gestudeerd heeft en werkt aan haar eerste dichtbundel, stelt leeslijsten voor hem op, maar veel succes boekt ze daarmee niet. Van romans vindt Henry dat ze op menselijk terrein tekortschieten en te veel uitweiden over onbelangrijke zaken. Hoewel zijn schoonvader, een alom gerespecteerd dichter, geprobeerd heeft hem bij te scholen, blijft hij poëzie zien als het beschrijven van een vierkante millimeter of zoiets. De mens heeft verhalen nodig? Henry gelooft er niets van.

Londen, zaterdag 15 februari 2003. Terwijl twee miljoen betogers door de Engelse hoofdstad trekken om te verhinderen dat er een oorlog met Irak (Saddam!) zal komen, strijden vijf leden van de familie Perowne tegen een wraakzuchtige  psychopaat en zijn onverschillige, volgzame makker. De inzet is hun leven, hun gezondheid, hun geluk. Zonder dat aanvankelijk ook maar te vermoeden, heeft Daisy een krachtig wapen in handen als ze ten overstaan van allen een beroemd Engels gedicht voordraagt van Matthew Arnold (1822 - 1888), getiteld Dover Beach, dat zo begint:

The sea is calm tonight.
The tide is full, the moon lies fair
Upon the straits; on the French coast the light
Gleams and is gone; the cliffs of England stand,
Glimmering and vast, out in the tranquil bay.

Grote of kleine oorlogen, massamoord of individuele vernedering, het blijft allemaal even verschrikkelijk wat mensen elkaar kunnen aandoen. Verdraagzaamheid, onderlinge verbondenheid, liefde zijn de enige echte antwoorden. En ja, kunst en cultuur, dus alles wat weerloos is, moet gekoesterd, beschermd ...en geconsumeerd worden. Een tikkeltje moralistisch eigenlijk. Ian mag ook graag koketteren met zijn kennis van de menselijke hersens, van bluesmuziek, van poëzie. Niettemin blijkt ook uit Saturday (2004) dat hij een geweldige romanschrijver is.
Ian McEwan, Zaterdag. Nederlandse vertaling Rien Verhoef, Amsterdam, 2005, 327 blz.



Geen opmerkingen:

Een reactie posten