07-12-2019

MIJN EERSTE MOORD

"Het terugkerende thema is de manier waarop mensen zich gedragen als ze geconfronteerd worden met het noodlot of iets waarvan ze alleen al denken dat het onontkoombaar is. Vaak is dat noodlot de dood, die me erg bezighoudt." Dat zei Martin Michael Driessen (Bloemendaal, 1954) in 1918 over zijn pas verschenen verhalenbundel Mijn eerste moord en andere verhalen. Wat zijn dat voor verhalen, en wat doen die mensen dan?

Het zijn er in totaal elf, variƫrend in lengte van enkele bladzijden tot een vertaling uit het Duits van Aquis submersus, een novelle uit 1876 van Theodor Storm, die 85 bladzijden omvat. Ik zal er enkele verhalen uitlichten die mij in hoge mate bevielen.

In Orpheus speelt de auteur een geraffineerd spel met leven en dood (zie titel!), heden en verleden. Lydia beseft dat dit de laatste dag is in het leven van haar minnaar Menno. Hij blinkt in alles uit, maar wil geen kinderen en ook geen vaste relatie, deelt hij haar nu mee. Haar houding bij het afscheid (hij weet van niets) is die van een koel calculerende vrouw; ze rekent erop dat het leven haar nog genoeg kansen zal bieden. Slim, origineel, dit verhaal.

Van Een ware held zijn sinds 2013 al enkele drukken verschenen. Tijdens de Eerste Wereldoorlog vechten de broers Luigi en Beppo nabij de rivier de Isonzo, aan het Oostenrijks - Hongaarse front. Daar maken ze mee hoe een generaal een manier bedenkt om de vechtlust van de troepen te verhogen: elke tiende man wordt doodgeschoten. Zij ontsnappen deze keer, maar als hun compagnie een bergpas niet heeft verdedigd, dreigt wederom een executie: elke vierde man wordt gedood. Een officier gaat langs, de aangewezen mannen moeten een stukje verderop bij elkaar gaan staan, wachtend op het vuurpeloton. Luigi kan de spanning niet verdragen, Beppo is beheerst, standvastig, moedig. Wie is de ware held? Het slot zal u verrassen.

De hulpeloosheid van de mens zit in het ironische verhaaltje De zon. Willem trotseert de dwangarbeid in Japan; de atoombommen op Hiroshima en Nagasaki overleeft hij; als het vliegtuig dat hem naar huis brengt neerstort, verdrink iedereen, behalve hij. Veel later zal een onbenullige fout hem het leven kosten. We blijven nietige wezentjes.

Vanaf 1992 vertaalde Driessen (ook acteur en regisseur) toneelstukken in het Duits, waaronder Lucifer van Vondel. De laatste jaren neemt hij ook werk van Theodor Fontane en Theodor Storm onder handen. De laatste leefde in Noord - Duitsland en situeerde zijn novelles ook aldaar. Dus woeste winden, polderlandschappen, heidevelden, kleine stadjes en verre uitzichten in Aquis submersus (= in het water verzonken) dat Driessen vooral aangesproken zal hebben om de dreiging, onuitgesproken maar altijd aanwezig, dat eens het onheil zal toeslaan. Een romantisch verhaal over een onmogelijke liefde, kunstenaarschap, noodlot, schuld en boete. Driessen schrijft niet autobiografisch, mijdt gezeur over de middelbare school en strenge ouders, maar zoekt zijn onderwerpen ver weg, zowel qua afstand als qua tijd. On - Nederlands dus, en ook daarom heel lezenswaardig. Wordt vervolgd!
Martin Michael Driessen, Mijn eerste moord en andere verhalen. Amsterdam, 2018. 251 blz.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten