24-11-2014

VENUS EN ADONIS

Venus, godin van de liefde, weet niet wat haar overkomt. Gewend als ze is dat goden en mannelijke stervelingen als een blok voor haar vallen, moet ze zich tot het uiterste inspannen om de jeugdige Adonis voor zich te winnen. En het ergste van alles: dat lukt haar niet. Ze spreekt hem vleiend toe, omhelst hem, wil gekust worden, verlangt seks, maar de uitzonderlijk mooie man wil eigenlijk niets van haar hebben. Hij acht zich nog te jong voor de liefde en vrijen vindt hij onsmakelijk. Adonis kent slechts één hartstocht: de jacht. Ze randt hem bijna aan:

Zoals een adelaar, van honger fel,
Woest wroet door bot en veren, vlees en vliezen,
En vreet, zijn vlerken schuddend razendsnel,
Zo schrokt zij, bang haar roofbuit te verliezen.

Maar Adonis wijkt niet, springt op zijn paard, de jacht en zijn ongeluk tegemoet, want het vervaarlijke everzwijn waar Venus hem al voor gewaarschuwd heeft, zal hem dodelijk verwonden.

Omdat in 1592 en 1593 de schouwburgen in Londen zeventien maanden gesloten bleven in verband met de pest, had Shakespeare tijd genoeg om het verhalende gedicht Venus and Adonis te schrijven. Verhalende poëzie stond trouwens bij de elite in veel hoger aanzien dan toneelstukken. Die zag men slechts als volksvermaak, vertelt vertaler Peter Verstegen in zijn inleiding, waarvan ik hier geestdriftig gebruik maak. De stof ontleende Shakespeare aan de Metamorfosen van Ovidius, waar hij hier en daar van afweek. De fraai verzorgde uitgave werd opvallend vaak herdrukt, het succes moet immens geweest zijn.

Verstegen is van mening dat deze poëzie tot het beste behoort wat in de renaissance  is geproduceerd. Op het terrein van het verhalende gedicht laat Shakespeare alle vooraanstaande Europeanen achter zich. Hij overtreft ze als het gaat om de unieke combinatie van
a) denkkracht. De laatste twee regels van strofe 25 luiden:

Liefde is geestkracht die van vuur moet leven,
Die nooit log zinkt maar immer op zal zweven.

Verstegen legt hier uit dat Venus haar liefde ziet als een vurige kracht die licht is en daarom altijd omhoog wil. Omdat ook de mens uit dit (liefdes)vuur is samengesteld, kan zij Adonis verleiden door voor hem te dansen en echt te zweven.
b) Raffinement. Strofe 23 is een omgekeerde oratio pro domo, omdat Venus zich als volgt aanprijst:

Ben ik afzichtelijk, gerimpeld, oud,
Krom, lomp en grofgebekt, van boezem slap,
Halfblind, geminacht, afgeleefd en koud,
Reumatisch, dor van schoot en zonder sap?
  Dan boezem ik jou afkeer in met reden,
  Maar waarom mijn volmaakte lijf gemeden?

c) Retorisch vernuft. Uit angst dat Adonis iets overkomt waardoor zijn schoonheid wordt geschonden, beschrijft Venus in de strofen 103 - 107 plastisch wat er met een mens allemaal gebeuren kan als hij op deze dieren jaagt:

Het is een slachter die jouw vlees wil kerven,
En die zijn blote houwers aan blijft scherpen.

d) Sierlijkheid van vorm. Venus en Adonis bestaat uit 199 strofen van zes regels, met als rijmschema ababcc. De laatste regels rijmen dus apart op elkaar en staan ook inspringend afgedrukt. Vaak bevatten ze een spreuk of wijze les, zoals:

Want liefde, hoor ik, is een vorm van dood,
Lachen en huilen in één ademstoot.

Deze tweetalige uitgave, links Shakespeare en rechts Verstegen, met inleiding, nawoord en een toelichting bij elke strofe, is bedoeld voor iedereen die houdt van poëzie, graag wil weten wat Shakespeare schrijft, maar een Nederlandse vertaling nodig heeft om hem te begrijpen. Uitgever en vertaler: dat is buitengewoon goed gelukt!
William Shakespeare, Venus en Adonis. Vertaling en commentaar Peter Verstegen. Uitgeverij Van Oorschot, Amsterdam, 2014.






Geen opmerkingen:

Een reactie posten